Archive for October, 2007
Buxus schimmelinfectie
Author: Antoon JaminéEen bericht dat aansluit bij de bespreking van het boek Topiary: de schimmelinfectie volutella buxi of pseudonectria rousseltana, die een dikke tien jaar geleden in Engeland werd vastgesteld is het kanaal overgestoken. Ook cylindrocladium buxicola is aan een sterke opmars bezig. Mijn aandacht werd getrokken door een postje op het forum van Tuinadvies. Iemand heeft een lange buxushaag waarin plots delen bruin worden en na een tijdje bladeren verliezen om tenslotte af te sterven.
De bladeren en twijgen sterven af in de late zomer. Bij volutella buxi worden roze sporen gevonden aan de onderkant van het blad of aan de schors naar buiten op de takken. Cylindrocladium buxicola wordt gekenmerkt door donkerbruine vlekken, vaak met een bleek centrum en zwarte streepvormige vlekken.
volutella buxi
cylindrocladium buxicola
Als de ziekte vastgesteld wordt is het meestal te laat om nog in te grijpen. Men kan preventief behandelen met schimmeldodende middelen, maar de praktijk leert dat dit niet altijd effectief is; bovendien ontstaat het gevaar voor resistentie bij de schimmels.
De aangetaste bladeren worden best onmiddellijk verwijderd (verbrand – NIET op de composthoop gooien) omdat de schimmels op de blaadjes kunnen overwinteren en de ziekte verder verspreiden.
De standplaats en bodemgesteldheid speelt hier een belangrijke rol, deze schimmels gedijen goed in een vochtige warme omgeving. Zorg er dus voor dat je buxus niet te beschut staat, zodat de wind de bladeren goed kan bereiken en drogen. Ook zware, vochtige grond is nefast. Plant je buxus op een zanderige, goed gedraineerde bodem.
Topiary deel 2
Author: Antoon JaminéZoals vorige keer gezegd, een echt interessant werkje. Alle aspecten van vormsnoei komen aan bod: de planten zelf, (buxus en taxus zijn uiteraard best geschikt), bodem, vorm kiezen, plaats in de tuin… Of je nu een ‘absolute beginner’ bent of een geroutineerde ‘clipper’ dit boek zal je zeker iets bijbrengen.
Veel aandacht gaat, terecht, naar de integratie van de ’sculpturen’ in de tuin. Daar wordt dikwijls een dunne grens tussen ‘kitch’ en ‘kunst’ bewandeld. Sommige ‘figuren’ zijn er echt over, andere zijn een aandachtspunt of vormen een achtergrond waartegen andere planten beter tot hun recht komen. Als je genoeg ruimte hebt kun je echt architectonische accenten leggen.
Het boek staat vol praktische tips: hoe je aan een bepaalde vorm begint, de hulpmiddelen, het gereedschap, verjonging, problemen oplossen enz.
Een echte aanrader dus.
“Topiary, design and technique”, Chris Crowder en Michaeljon Ashworth.
ISBN 1-86126-816-5
Boek: Vormsnoei of topiary
Author: Antoon JaminéA (topiary) garden…the place
Where good men disappointed in the quest
Of wealth and power and honours, long for rest;
Of having known the splendours of succes,
Sigh for the obscurities of happiness.
William Wordsworth
Zo begint een interessant boek over vormsnoei dat ik een tijdje geleden van goede vrienden kreeg, thx Dirk en Ilse. Topiary, Design and Technique van Christopher Crowder en Michaeljon Ashworth.Zoals de titel en de namen van de auteurs (Michaeljon!) doen vermoeden: very British.
Vormsnoei is de laatste jaren opnieuw heel populair. Getuige de buxusbollen en -pirouettes in veel voortuinen. Zoals jullie wellicht weten ben ik geen grote voorstander van die ‘bollencultuur’, wegens te kneuterig en te saai. Maar dit boek ‘goes beyond the globes’.
Een (heel) korte inleiding overloopt topiary doorheen de geschiedenis, zo leren we dat de Romeinen reeds cypressen en coniferen in vorm snoeiden. De middeleeuwse kruidentuinen waren afgeboord met buxushaagjes en de geometrische tuinen van Versailles vergden uiteraard veel vormsnoei. De ware explosie in vormsnoei kwam er pas met de victorianen, die hun gekwelde neurotische zielen konden botvieren op buxus, taxus en aanverwanten.
Een van de auteurs van dit boek, Chris Crowder, is ‘head gardener’ van Levens Hall, waar hij een topiary garden van 300 jaar oud superviseert. Het merendeel van de foto’s in dit boek komt uit deze fantastische tuin (park). Dat lijkt misschien een beperking, maar Levens Hall kent een dusdanige verscheidenheid van vormen en plantensoorten dat dit niet het geval is.
Vervolg zie volgende post.
Een vijver, waar en welke vorm?
Author: Antoon JaminéHet is medio oktober en ondanks de toch nog gunstige temperaturen is mijn vijver langzamerhand begonnen aan zijn jaarlijks “uitdoofscenario”. De diepgroene kleuren worden valer, bruiner en het is bijna ongelofelijk dat tegen de jaarwisseling alle sporen van plantengroei zullen weggewist zijn en alleen een wateroppervlak zal resten.
Over enkele weken zullen we alleen maar verdroogde sprieten en stengels overhouden, die we uiteraard zullen wegsnijden. De planten die toch groen blijven (bvb krabbescheer) laten zich traag, maar welgevallig naar de bodem zakken. Nog voor de winter de eerste maal kans zal krijgen om het wateroppervlak dicht te vriezen, hebben ze positie ingenomen op meer dan 30 cm diepte waar de temperatuur altijd positieve is. Maar later meer over waterplanten en hun onderhoud. Voorlopig ook nog geen foto’s van herfst- en wintertoestanden: de winter zal lang genoeg duren. Geniet maar even van het kleine vijvertje dat ik aangelegd heb om “zwangere” vissen te isoleren, in de hoop dat hun kuit niet massaal opgegeten wordt door andere vissen. Ik laat je hier ook nog even op je honger: als volgend jaar de temperaturen terug ons gemoed verblijden zullen we ons verder verdiepen in “the circle of life”.
Krijg je ondertussen kriebels om ook je spade in de grond te planten, dan mag je hier zeker niet tegen vechten. Neem echter eerst de volgende tips even in overweging.
• Zorg dat je vijver op een plaats ligt waar je frequent aanwezig bent. Je zal merken hoe ongelofelijk vlug er dan een band groeit tussen jou en het water (en visjes). Een band die zal zorgen dat het (weinige) onderhoudswerk tussen jou en het water een automatisme, zelfs een plezier zal worden. Naast je terras, of langs het pad dat van het huis naar de tuin loopt is ideaal.
• Een zonovergoten plaats is niet echt een probleem als je achteraf maar voldoende planten in je vijver toelaat. Onder of naast grotere bomen is af te raden: enerzijds is er risico dat wortels de vijverfolie zullen beschadigen, anderzijds zullen afgevallen bladeren je water te veel verontreinigen. Een net over je vijver kan dan helpen, maar niet erg esthetisch.
• De ideale vorm hangt af van je persoonlijke smaak. Ik zelf hou van eenvoudige vormen, die zo natuurlijk mogelijk overkomen. Overacting, waarbij je teveel effecten betracht, schaadt de illusie van natuurlijke rust. Ga naar de bibliotheek om fotoboeken, of surf wat op het internet om voldoende voorbeelden te kunnen evalueren. Om kristalhelder water te bekomen, zonder filter of additieven, moet je vijver minimaal 8000 liter water kunnen bevatten.
• Water vloeit altijd naar het laagste punt. Een vijver mag dus niet boven de tuinspiegel liggen, wil je het origineel karakter benadrukken. Een watervalletje is puur, een fonteintje vindt ik echter een tegennatuurlijk fantasietje.
• Er zal een pompje en een zuurstofblazertje nodig zijn om de waterkwaliteit optimaal te houden: zorg dus dat je op een eenvoudige, maar discrete manier elektriciteit in de buurt van je vijver kan brengen. Denk eraan dat de combinatie van water en elektriciteit een ongenadige moordmachine is, dus zorg dat je aftakt van een circuit met een degelijke verliesstroomschakelaar (type 30 mA zal een volledige bescherming bieden).
• De vijver zal af en toe moeten worden bijgevuld: stromend water in de buurt is geen noodzaak als je een tuinslang hebt, maar wie een gezonde vorm van luiheid heeft, voorziet best wel iets …
• De ideale vijver voor klassieke vijvervissen (dus geen koi’s) is 100 cm diep. In het najaar graven heeft het voordeel dat het grondwater minder “steekt”. Als je echter voldoende voorbereid bent, zodat je gestructureerd kan doorwerken, zal je echter in het voorjaar ook weinig hinder ondervinden. Tenzij je in een echt vochtig gebied woont …
Genoeg voor vandaag. In een volgend postje trommelen we enkele uit de kluiten gewassen vrienden op, om kruiwagens aarde te transporteren, en vijverfolie open te vouwen …
Onderhoud gazon in de herfst
Author: Antoon JaminéDe voorbije weken heb ik het gazon nog eens onder handen genomen:
- Met de verticuteerhark mos verwijderd en op die plaatsen gras gezaaid; door de relatief zachte temperaturen kan het zaad nog kiemen.
- Een kalkbehandeling voorkomt mos en maakt dat de meststoffen beter worden opgenomen. De kalk die ik gebruikte bevat magnesium, daardoor krijgt het gazon een mooie diepgroene kleur. Gebruik best kalk in korrelvorm, die kan je gelijkmatiger verspreiden en dan voorkom je dat je er na vijf minuten als een sneeuwman uitziet
- Een portie traag werkende organische meststof in oktober maakt dat je gazon de winter goed doorkomt. Vooral ‘traag werkend’ is hier belangrijk! Zo niet ben je misschien in december nog aan het maaien…
- Indien een paar dagen droog weer wordt voorspeld: paardenbloemen selectief behandelen.
Zoals reeds vroeger aangehaald, onze gazon hoeft geen smetteloos biljarttapijt te zijn; paardenbloemen moeten er echter uit. Ze verspreiden zich razendsnel en komen ook steeds terug doordat een paar geburen de strook gras voor hun haag langs de straatkant verwaarlozen en de paardenbloemen welig laten bloeien…
Bladkorf
Author: Antoon JaminéIedereen werkt mee aan een propere stad.
Samen met de vallende herfstbladeren verschijnen in sommige straten ook de bladkorven weer in het straatbeeld. Vanaf eind oktober kan je er de bladeren van straatbomen in kwijt, die rechtstreeks in je voortuin neerdwarrelen.
Wim Moerdijk (Groendienst): “Wie in een straat woont met grote straatbomen weet soms niet waarheen met al die bladeren. Vandaar dat de Groendienst samen met IVAGO sinds enkele jaren bladkorven ter beschikking stelt. Tussen eind oktober en begin januari worden er vierhonderd geplaatst, vooral in de randgemeenten. Dat gebeurt enkel op plaatsen met veel en grote straatbomen naast voortuinen. De bewoners werken enthousiast mee en verwijderen naast de bladeren uit hun voortuin ook vaak de bladeren van de straat. Helaas kunnen we er momenteel niet nog meer plaatsen. IVAGO, die de korven één keer per week leegmaakt, zit op het maximum van haar capaciteit.”
Bericht op de site van stad Gent.
Mooi initiatief, maar in onze straat worden geen bladkorven geplaatst; er staan nochtans al vrij grote platanen die flink wat bladafval geven. Dus hebben we vorige weekend zelf een bladkorf gemaakt. Erg moeilijk is dat niet, neem een rol Bekaert-draad en maak daar een cilinder van ongeveer één meter doorsnede mee. De einddraden vasthaken en naar binnen buigen zodat men zich niet kan bezeren aan de scherpe ijzerdraad en klaar is kees. De Bekaert-draad die wij gebruikten is ongeveer anderhalve meter hoog. Daar kan kunnen heel wat afgevallen bladeren in.
De korf hebben we uit het zicht, achter ons tuinhuis geplaatst. Daar kunnen de bladeren rustig teren en na een jaar of twee is de onderste laag omgezet in prima ‘potgrond’. Die kan worden gebruikt voor kamerplanten of als bodemverbeteraar in de borders.
Remedie tegen engerlingen helpt?
Author: Antoon JaminéGisteren was ik in de tuin aan het schoffelen- onkruid blijft maar groeien – en haalde een engerling naar boven, what else is new. De engerling was echter dood! De larve was wat verschrompeld en had een bruine kleur.
Oké één dode engerling maakt mijn herfst nog niet, maar even later kapte ik er nog één naar de oppervlakte. Dit exemplaar was (nog) niet dood, maar ook deze larve was aangetast door de nematoden (piepkleine aaltjes) die ik eind augustus over het gazon verspreidde.
Dus de engerlingenbestrijding (Hellingman Biocontrole) waar ik een paar blogjes geleden over berichtte helpt wellicht! Dat zou zeer goed nieuws zijn.
Volgend weekend ga ik op onderzoek in het gazon zelf.
Wordt vervolgd…